Het ritme en programma van de ochtend, middag of dag zijn een belangrijk houvast voor kinderen. Ook eigen (groeps-)rituelen dragen hier aan bij. Dit biedt jonge kinderen voorspelbaarheid en vertrouwen in het verloop van de dag. Bij de buitenschoolse opvang verspreiden de kinderen zich vaak over meerdere ruimtes. Ook hier heeft de middag een bepaalde indeling. Dit begint meestal met groente en fruit en een (gezamenlijk) drinkmoment.

Het dagritme is afhankelijk van de groepssamenstelling (aantal en leeftijd van de kinderen).

Dagritme per opvangsoort

Bij een kinderdagverblijf wordt er na het afscheid van de ouders vrij of begeleid gespeeld. Na een moment van iets eten en drinken, een boekje of liedje, is er tijd voor een activiteit (binnen of buiten). Tussen de middag is er een broodmaaltijd met aansluitend een rustmoment, een middagdutje of rustig spelen. Na het rustmoment is er weer tijd voor iets eten en drinken. Daarna kunnen kinderen naar behoefte een activiteit binnen of buiten doen. Bij het ophalen informeert de pedagogisch medewerker je over de dag van je kind.

Bij een peutergroep, waar de kinderen een halve dag komen, is na het afscheid tijd om zelf te gaan spelen. Aan tafel of in de kring wordt daarna een liedje gezongen en iets gegeten en gedronken. Er zijn een of meerdere activiteiten en er wordt buiten gespeeld. Na een gezamenlijke afsluiting worden de kinderen opgehaald en is er ruimte om met de pedagogisch medewerkers te bespreken hoe de ochtend of middag is verlopen.

Bij een buitenschoolse opvang eten en drinken de kinderen na school een tussendoortje. Wanneer kinderen vroeg uit zijn, bijvoorbeeld op woensdag en/of vrijdag, beginnen we met een lunch. Hierna spelen de kinderen buiten of in de groepsruimtes. Ze kunnen vrij spelen of meedoen met een activiteit. Tijdens schoolvakantieweken is het dagritme vaak bijzonder door de grotere activiteiten in of buiten de locatie. Op deze dagen is er in de ochtend en middag tijd voor een tussendoortje en eten ze tussen de middag gezamenlijk een lunch.