Wennen

Om goede kinderopvang te bieden, is het belangrijk dat jouw kind zich vertrouwd voelt bij ons. En dat we elkaar leren kennen. We realiseren ons dat dit niet van de ene op de andere dag gebeurt. Daarom trekken we hier voldoende tijd voor uit en is er een wenperiode.  

Tijdens het wennen: 

  • Raken jij en jouw kind vertrouwd met het gebouw, de pedagogisch medewerkers, de andere kinderen en het dagritme.
  • Leren pedagogisch medewerkers je kind kennen en bouwen zij een band met elkaar op.
  • Ontstaat er een vertrouwensrelatie tussen jou en de pedagogisch medewerkers.
  • Stemmen de pedagogisch medewerkers het voedings- en slaapritme en de pedagogische aanpak van jouw kind met je af.

De wenperiode en het welkomstgesprek 

Hoe de wenperiode verloopt, is afhankelijk van de leeftijd en het karakter van je kind. Een paar weken voor de plaatsingsdatum nemen we contact op om een afspraak te maken. Het kan bijvoorbeeld zijn dat je kind de eerste keer een dagdeel komt. Als het past binnen de bezetting in de groep en de plaatsingsovereenkomst is getekend, kan jouw kind vóór de ingangsdatum zonder extra kosten een aantal dagdelen komen wennen. Als jouw kind niet kan wennen op de dagen dat het naar de kinderopvang komt, dan kijken we samen naar andere mogelijkheden. Wennen is namelijk alleen mogelijk als de groepsgrootte dat toelaat. 

Jouw kind krijgt een mentor toegewezen. Dit is een pedagogisch medewerker van de groep van jouw kind. Met de mentor volgt een welkomstgesprek, waarbij je wordt gevraagd naar informatie die nodig is om jouw kind goed te begeleiden. Bijvoorbeeld wat je kind leuk vindt om te doen, hoe we het beste kunnen troosten bij verdriet, welk slaapritueel vertrouwen geeft, enzovoort.  

Bij veranderingen van de groep, bijvoorbeeld een andere pedagogisch medewerker, kijken we wat jouw kind nodig heeft om hieraan te wennen. Voor kinderen die extra dagdelen komen of een dag ruilen is de groepssamenstelling vaak anders. Deze kinderen geven we zo nodig extra aandacht of wijzen een ‘maatje’ toe waar ze die dag op kunnen terugvallen.

Wennen bij het kinderdagverblijf

We stemmen regelmatig met jou als ouder af hoe het gaat. Wanneer nodig stellen we de afspraken bij. In de wenperiode houden we goed in de gaten hoe jouw kind zich voelt. De pedagogisch medewerkers bieden extra steun of troost wanneer dit nodig is. Er is veel aandacht voor de kennismaking met de andere kinderen en het leren kennen van het dagritme en rituelen in de groep. Na drie maanden hebben we een evaluatiegesprek, om te bespreken hoe het met jouw kind gaat.

Bij doorstroming bij het kinderdagverblijf naar een andere groep, hebben we aandacht voor een soepele overgang en kijken we wat je kind daarvoor nodig heeft. Tegelijk met een ander kind uit de groep doorstromen kan bijvoorbeeld prettig zijn. Of samen met een vertrouwde pedagogisch medewerker alvast een paar keer bij de nieuwe groep gaan kijken. Dit moet altijd passen binnen de wettelijke afspraken over de beroepskracht kind ratio. Ook is het alleen mogelijk als er plek is op de andere groep of als jouw kind tijdens de activiteit terug kan naar de eigen groep.

Wennen bij de bso

Voor het wennen bij de buitenschoolse opvang zijn meestal één of twee wenmomenten voldoende. De eerste keer kun je samen met je kind van school naar de bso komen. Vaak koppelen we een maatje aan een nieuw kind. Dit maatje helpt het nieuwe kind met het wegwijs worden in de nieuwe groep.  

Aan de overgang naar een volgende groep besteden we extra aandacht. Vaak zijn de kinderen en pedagogisch medewerkers van de nieuwe groep al bekend, omdat het kind er al vaker kwam spelen. Als het kan, laten we meerdere kinderen tegelijk naar een nieuwe groep gaan. Dan kennen ze er al andere kinderen.

Een nieuwe groep betekent vaak ook een nieuwe mentor. We zorgen ervoor dat kinderen voor die tijd weten wie de nieuwe mentor wordt. En we laten jouw kind alvast kennismaken met de nieuwe groep, tijdens een activiteit of als er ruimte is in de nieuwe groep.